De verjaring van misdrijven zorgt al jarenlang voor debat. Enerzijds dient deze termijn lang genoeg te zijn zodat het slachtoffer voldoende tijd om een rustige en doordachte afweging te maken om het misdrijf al dan niet aan te geven. Anderzijds kan deze termijn ook niet eeuwigdurend zijn. Doorheen de jaren vermindert de strafbehoefte in de maatschappij en wordt de bewijsvoering een stuk moeilijker. Ook is de verjaring een essentieel element van rechtszekerheid, die volgens het Grondwettelijk Hof door tijdsverloop belangrijker wordt geacht dan de vervolging van de verdachte.
We sommen de huidige verjaringstermijnen in zedenzaken graag voor u op :
Voor feiten van niet-consensuele seksuele handelingen gepleegd ten aanzien van meerderjarigen, voorziet de wet de volgendeverjaringstermijnen:
- 15 jaar in geval vanaantasting van de seksuele integriteit of verkrachting met de dood van hetmeerderjarig slachtoffer tot gevolgd
- 10 jaar in geval van verkrachting (basismisdrijf) al dan niet met verzwarende omstandigheden, behalve de dood, gepleegd op een meerderjarig slachtoffer. Denk bijverzwarende omstandigheden bijvoorbeeld aan de kwetsbare toestand van hetslachtoffer, het gebruik van geweld of het dreigen daarmee, bloedverwantschaptussen dader en slachtoffer…
Deze feiten worden echter vaak gecorrectionaliseerd, waardoor de verjaringstermijn zakt tot 5 jaar.
Correctionalisering is een juridisch-technisch middel waarbij misdrijven dienormaliter worden behandeld door het Hof van Assisen, nu voor de correctionelerechtbank komen. Vandaag de dag is correctionalisering de regel geworden in België.
- 5 jaar voor de basismisdrijven aantasting van de seksuele integriteit, voyeurisme en niet-consensueelverspreiden van seksueel getinte inhoud, voor dat laatste misdrijf eveneensindien het gepleegd wordt met kwaadwillig opzet of uit winstbejag.
De verjaring van destrafvordering, voor feiten van niet-consensuele seksuele handelingen gepleegdo p meerderjarige slachtoffers, begint te lopen vanaf de voltrekking van het misdrijf. Deze verzwarende omstandigheid heeft geen invloed op het feit zelf en wijzigt dus niets aan de aanvang van de verjaring.
De verjaringstermijn kan echter wel gestuit of geschorst worden.
Bij stuiting wordt de lopende verjaring onderbroken en herbegint de verjaringstermijn (eenmalig) opnieuw; voor een duur die gelijk is aan de oorspronkelijke verjaringstermijn.
De verjaring wordt gestuit door daden van onderzoek en daden van vervolging. Een daad van onderzoek betreft elke daad gesteld door een bevoegd persoon om het strafdossier samen te stellen. Denk hierbij aan: eenproces-verbaal van de politie, een vraag van een parketmagistraat om bepaaldestukken te vertalen, .. Wanneer een bevoegd persoon de strafvorderinguitoefent of verderzet, is er sprake van een daad van vervolging. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een dagvaarding door de Procureur des Konings of een rechtstreekse dagvaarding door de burgerlijke partij.
Bij schorsing loopt de verjaring niet verder gedurende een bepaalde termijn.
Voorbeelden van gronden van schorsing van de verjaring zijn:
· de behandeling van een exceptie (verweer) van onbevoegdheid, onontvankelijkheid of nietigheid opgeworpen door de beklaagde, de burgelijke partij of de burgerlijk aansprakelijke partij;
· schorsing vanaf de dag dat de zaak wegens een prejudicieel geschil wordt verwezen naar het hiervoor bevoegde rechtscollege;
· schorsing gedurende de buitengewone termijn van verzet;
· schorsing bij cassatieberoep.
De eventuele verjaring van een bepaald misdrijf is zodus afhankelijk vanverschillende factoren.
Alles ligt anders voor zedenmisdrijven die gepleegd worden op of ten aanzien van minderjarigen. In dit geval durven slachtoffersvaak pas later de feiten kenbaar te maken en is de impact van de feiten op de slachtoffers ook vaak groter. Daarom besloot de wetgever reeds meerdere keren om de verjaringstermijn te verlengen, en uiteindelijk om deze te schrappen.
Wenst u in alle discretie en vertrouwen uw situatie te bespreken met een van onze gespecialiseerde zedenadvocaten?
Contacteer ons gerust!